Alleen spelen
Zes klasgenootjes die allemaal bij hetzelfde kind willen spelen, dat erbij staat als een prinses die minzaam haar huwelijkskandidaten keurt. Het is een intrigerend én hartverscheurend tafereel: kinderen die elke dag bij het ophalen van school vragen of ze mogen ‘afspreken’ met een vriendje of vriendinnetje.
Niet ieder kind is even populair. Als leerkracht of ouder kun je daar weinig tegen doen. Nou ja, wel iets. Zorgen dat een kind onder schooltijd met verschillende kinderen speelt en dat je kinderen niet hun eigen team of groepje laat kiezen. De vernedering van als laatste gekozen te worden bij gymnastiek blijft een mens een leven lang bij. Maar ja, dan zijn er altijd nog de uitverkorenen die op elk verjaardagspartijtje worden uitgenodigd en de kinderen die sip staan te kijken omdat ze er wéér niet bij horen.
Mijn kleinkinderen, nu alle drie op de basisschool, hebben gelukkig vriendjes en vallen niet buiten de groep. Maar samen bij elkaar thuis spelen valt vaak niet mee. Bij de vierjarige eindigt het vaak in een felle ruzie om een stuk speelgoed, want hoe weet je of de ander het teruggeeft? De zesjarige is bang dat het bezoek het met bloedige inspanning gebouwde Lego-kasteel omver schopt. De zevenjarige wil knutselen, waar haar vriendin een hekel aan heeft. Het eindigt er altijd mee dat wij, de volwassenen, spelletjes met ze gaan doen. En dan maar zorgen dat ze allemaal een keertje winnen of verliezen.
Van in je eentje spelen, of je vervelen, word je ook creatief!
Samen spelen wordt enorm belangrijk gevonden. Dat begrijp ik wel; je leert er veel van. Dat niet alles om jou draait, bijvoorbeeld. Samen delen. Overleggen, taken afspreken en op je beurt wachten. Niet de baas spelen of je zin doordrijven. Rekening houden met de gevoelens van anderen, van mening verschillen zonder woedend te worden. Ruzies bijleggen. En misschien het belangrijkste: anderen behandelen zoals je zelf behandeld wilt worden. Wie dat allemaal niet kan, krijgt het moeilijk later, in relaties, of in het werk.
Toch lijkt het me belangrijk dat een kind ook alleen leert spelen. Ik lees dat zelden ergens, maar volgens mij leer je daar óók veel van. Je vermaken zonder anderen lastig te vallen. Opgaan in je eigen gedachtewereld, in je eigen fantasie, ongestoord bouwen, tekenen, schilderen of lezen. Zelf oplossingen bedenken voor belemmeringen die je tegenkomt. En je ook soms stierlijk vervelen, in je dooie eentje. Dat is niet erg, daar word je creatief van. De wereld heeft ook behoefte aan solisten.
Toch houden zelfs verstokte eenlingen er niet van om buitengesloten te worden. Nodig die kinderen ook eens uit, thuis, of op een feestje. Grote kans dat ze dan alleen in een hoekje zitten, verdiept in een spel, boek of bouwwerk, zielsgelukkig alleen, maar niet buitengesloten.